Spel 1 – Waar of niet waar. Kijk goed naar de prenten en luister naar de opdracht.
Spel 2 – Tel de voorwerpen op de plaat uit het boek.
Spel 3 – Woorden raden, weet jij welk woord wordt bedoeld? Plak de klanken aan elkaar.
Spel 4 – Help Jan politieman om zijn auto te parkeren.