– Spel 1: Ken je het sprookje: Roodkapje, Hans en Grietje, Klein duimpje en Sneeuwwitje. Zet de afbeeldingen in de goede volgorde.
– Spel 2: Luister naar de klanken en plak ze aan elkaar. Een spel in 3 niveaus: MKM woorden – MMKM of MKMM of zelf lezen.
– Spel 3: Wat hoort niet in het sprookje thuis: Roodkapje, Hans en Grietje, Klein duimpje, Sneeuwwitje of Assepoester.
– Spel 4: Een spel met rangtelwoorden. Wijs de goede fee aan.
– Spel 5: Welk woord hoor je het eerst? En welk het laatst?
– Spel 6: Telspel met de platen uit het sprookjesboek.