Spel 1 en 2 oefenen de fonologisch vaardigheden. Bij het eerst spel raden de kinderen welk woord er bedoeld wordt. Het woord wordt in klankgroepen langzaam uitgesproken. Bij het tweede spel tellen de kinderen het aantal klankgroepen in een woord.
Spel 3 speelt zich af op de vuilnisbelt. Hier is veel te zien. De kinderen mogen telkens iets zoeken op de vuilnisbelt, hierbij oefenen de kinderen de visuele waarneming.
Spel 4 gaat over het verhaal van De smoezels gaan naar school. Weten de kinderen – in de goede volgorde – wat de Smoezels gaan doen?